De bewoners van westelijk Nieuw-Guinea (nu Papua) kwamen voor het eerst in aanraking met de westerse mens door de verkenningen van Spaanse ontdekkingsreizigers. Yuigo Ortiz de Retes gaf het eiland in 1545 de naam Nueva Guinea.
Geschiedenis van Papua in vogelvlucht
Vreemdelingen kregen weinig kans om in Papua door te dringen. De bewoners van het eiland stonden vaak vijandig tegenover nieuwkomers. Het gebied was ook nauwelijks toegankelijk. De Papoea’s in de westelijke Vogelkop lieten slechts enkele handelaren toe die de contacten met Oost-Indonesië in stand hielden. Het Nederlands-Indisch bestuur vestigde pas in 1898 een eerste post in Manokwari, op de noordwest-kust van wat toen Nederlands Nieuw-Guinea heette. Pas in de loop van de 20ste eeuw kwamen de Papoea’s steeds meer in aanraking met het Nederlands bestuur en de activiteiten van missie en zending.
Onder Indonesisch bestuur
Na de Japanse bezetting riep Soekarno in 1945 de Republiek Indonesië uit. Vier jaar later volgde de souvereiniteitsoverdracht van Nederlands-Indië aan de nieuwe republiek. Nieuw-Guinea viel buiten de overdracht en bleef onder Nederlands bestuur. Nederland stelde de bewoners van Nieuw-Guinea, de Papoea’s, een onafhankelijk Papua in het vooruitzicht. Vooruitlopend daarop kreeg het land een eigen parlement, leger en volkslied.
In 1963 kwam Nieuw-Guinea, tegen de zin van Nederland en de Papoea’s, maar onder zware druk van Amerika en de Verenigde Naties, toch onder Indonesisch bestuur.
Een volksstemming onder de Papoea’s in 1969, onder toezicht van de Verenigde Naties, bezegelde het lot van dit laatste Nederlandse bastion in de Oost. De keuze was aansluiting bij Indonesië of een onafhankelijk Papua. De uitslag is omstreden. 1025 Papoea-kiesmannen waren aangewezen om de bevolking te vertegenwoordigen. Later bleken de kiesmannen te zijn bedreigd, geïnitimideerd of omgekocht om hun stem ten gunste van aansluiting bij Indonesië te geven. De Papoea’s hebben de uitslag dan ook nooit geaccepteerd en eisen nog steeds een nieuwe volksstemming over de status van Papua. Nederland legde zich bij de uitslag neer.
Verzet en vlucht
Honderdduizenden migranten van de andere Indonesische eilanden stroomden vanaf de jaren 70 van de vorige eeuw het dunbevolkte Papua binnen. Indonesië duldde geen tegenspraak van de Papoea’s en trad militair hard op tegen de bevolking. Dorpen werden gebombardeerd, Papoealeiders vermoord of gevangen gezet. Er was sprake van grof geweld en discriminatie. Mensenrechtenorganisaties schatten het aantal slachtoffers onder de Papoea’s op 100.000. Duizenden van hen ontvluchtten het land, onder wie velen naar Nederland. Anderen reageerden met gewapend verzet en opstand. Stammen in het binnenland moesten wijken voor ongebreidelde exploitatie van bodemschatten en grootschalige houtkap. Wie zijn mond open deed verdween achter de tralies of werd vermoord, zonder vorm van proces.
Papua vandaag
Het einde van de lange dictatuur van president Soeharto (1965-1998) bracht nieuwe hoop voor Papua. De speciale Autonomiewet (2001) beloofde een eerlijker verdeling van de opbrengsten van het land, grotere vrijheid voor de Papoea’s om hun eigen culturele eigenheid te beleven en hun eigen toekomst vorm te geven. Maar de wet blijft in veel opzichten een dode letter. Nog steeds wordt er geweld tegen de bevolking gebruikt, is er geen ruimte voor de eigen tradities en vrijheidsuitingen en heerst de willekeur en de angst. Alleen eerbiediging van de rechten van de Papoea’s, respect voor de lokale culturen en invoering van democratische structuren zullen een vreedzaam en welvarend Papua dichterbij brengen.
Een meer uitgebreide geschiedenis van Papua kunt u hier hier downloaden.